Babbelstad

Babbelstad

Het gebeurde op de vijftigste dag na Pasen: Pinksteren. Pinksteren is het paasgeschenk van de Here God. Met Pinksteren gaat het over mijn, over onze opstanding, ons nieuwe begin: dat wij aangeraakt worden door de Geest, dat wij de levensadem ingeblazen krijgen, op onze voeten worden gezet en worden aangevuurd, òndanks onze eigen traagheid...

Bij Babel en Pinksteren komt de vraag naar boven: Hoe komt het toch dat de mensen elkaar soms zo moeilijk verstaan? En waar komt Babel vandaan? In het verhaal van de torenbouw van Babel horen we het ingebur­gerd verlangen van de mens om greep te willen hebben op de zaken in het mense­lijk leven. Zij willen alles overzien en proberen dus ook in de dingen van God door te dringen. Dat geeft een gevoel van veiligheid, rust en een verzekering voor een gelukkig leven. Babel zou het moeten worden; in hun taal betekent dat: ‘Poort van God’: laten wij ons een naam maken.

De torenbouw van Babel weerspiegelt onze armoede om niet voor elkaar op te komen, maar dat mensen dreigen weg te glijden. Wat zorgen geeft is, dat we in onze samenleving soms zo nadrukkelijk onze eigen plek opeisen. Er is een groeiende cultuur van minachting aan de gang, waar mensen, volkeren en landen worden vernederd en gewelddadige taal de normaalste gang van zaken dreigt te gaan worden. De mensen die elkaar bevestigen in hun angsten en daardoor nog meer verstrooid zijn geraakt als de mensen van Babel. 
Een woordspeling van Babelstad leidt tot babbelstad, iets wat wij mensen ons maar al te eigen hebben gemaakt. De mensen van de torenbouw hebben dan ook het verlangen om als het ware op Gods stoel te gaan zitten. In dat opzicht, zo zegt het verhaal, zijn wij eensgezind en spreken wij allemaal eenzelf­de taal. En dan gebeurt er iets merkwaardigs in het verhaal; de mensen willen hoger en hoger en hun doel de hemel komt notabene naar beneden in de Here God zelf.  In je fantasie zie je het gebeuren de bouwers aan de toren onderweg naar boven en dan komen ze de Heer tegen: U Heer en wij waren juist op weg naar boven!
En God zei: laat ons neerdalen en hun taal verwarren, want wat zij nu uitdenken in die ene taal en dat ene streven; de mens denkt dat straks niets meer onuitvoerbaar is. Daarom zal ik hen een naam geven: Babel, in het Hebreeuws betekent dit ‘verwarren’. Hier worden de mensen te Babel bevrijd van het tot grote ellende leidende verlangen als God te willen zijn.
Weest tevreden met het feit, dat je verschillend bent en stuk voor stuk de moeite waard. Eenheid in verscheidenheid, elkaar respecteren. Gewoon op straat kunnen lopen met een keppeltje op je hoofd, een hoofddoek of een kruisje om je hals. Wie deze boodschap begrijpt zal dan ook niet meer de hemel willen bestormen, maar zich willen inzetten om een hemel op aarde te realiseren, want we willen geen Babel zijn, een cultuur die tot niets leidt. Dan zal dan ook de geest van Pinksteren gaan waaien, een vernieu­wende en scheppende geest zal dat zijn. Hoe leren wij zo oprecht spreken dat wij de ander helpen in plaats van pijn doen? Dat het niet alleen blijft bij mooie woorden of beloften, maar dat je ook handelt naar die woorden? Hoe kun je een taal spreken die spreekt in de geest van de kerk; ontferming, barmhartigheid, naastenliefde?

ds. Richard Offringa
meditatie voor Leeftocht (juni 2025)

 

terug